Het Groninger Museum heeft een uitgebreide en unieke collectie hedendaagse fotografie. De tentoonstelling Wat zullen de buren zeggen? toont een brede selectie van werk van toonaangevende fotografen uit binnen- en buitenland uit de laatste 50 jaar.
Van de documentaire fotografie uit de jaren ’70 van Diane Arbus en Larry Clark, via de portretfotografie van Anton Corbijn en Catherine Opie en de modefotografie van Inez van Lamsweerde uit de jaren ’80 en ’90, tot de geënsceneerde voorstellingen van Ruud van Empel en David LaChapelle uit het laatste decennium.
Thema’s als diversiteit, maakbaarheid en identiteit komen aan de orde met als overkoepelende vraag: waarom bekijken we onszelf steeds meer door de denkbeeldige lens van een ander?
Bijzondere bijschriften
Bijzonder is dat naast reguliere bijschriften er ook bijschriften zijn geschreven door kinderen van de JuniorClub van het Groninger Museum, de club voor nieuwsgierige en creatieve kinderen in de leeftijd van 7 tot 12 jaar. Zij schreven prachtige teksten die je opnieuw naar het werk doen kijken. Zo schreef de 12-jarige Elin bij het werk Mirage van Chi Peng: "Dit is een prachtige close-up foto die laat zien wat libellen echt zijn. Wij denken altijd dat het enge kriebelbeestjes zijn die maar wat in het rond vliegen. Maar in het echt zijn het dode mensen die op weg zijn naar het geluk. Dat vinden ze aan de horizon. Ik hoop dat ze straks het geluk gevonden hebben."
Ironische titel
De titel van de tentoonstelling is ontleend aan het werk What will the neighbours say? van Barend van Herpe. Hij maakte zijn foto in 1988 voor een tien meter hoog kunstwerk op een gevel in de Van Hallstraat in Amsterdam. Van Hall was een 19de-eeuwse staatsman die zich arrogant opstelde tegenover de bevolking. Daarom gebruikte Van Herpe ironische verwijzingen naar de bizarre wereld van Jeroen Bosch en eigentijdse reclame clichés. De titel What will the neighbours say? benadrukt de ironie.