Conservator Egge Knol van Groninger Museum bij afscheid geridderd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau
Egge Knol is woensdag benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. De vertrekkend conservator van het Groninger Museum kreeg de onderscheiding uit handen van de burgemeester van Groningen Koen Schuiling.
Schuiling typeert Knol als iemand met een groot verantwoordelijkheidsgevoel voor het Groningse erfgoed. ,,Egge interesseert ons altijd voor een stukje van onze geschiedenis. Een stukje dat we nog niet kenden. En hij leert ons iets wat we nog niet wisten. Hij helpt veel mensen met de vraag: waar kom ik weg? Van Friese terpen tot het Groninger studentenleven, uit alles spreekt een enorme belangstelling en een even groot verantwoordelijkheidsgevoel voor ons erfgoed. Met name de archeologische en historische schatten uit de Noord-Nederlandse kuststreek. En het belang van Egge’s inzet voor deze onderwerpen kunnen we nauwelijks onderschatten”.
Knol gaat met pensioen en dat werd gevierd met een symposium. Na bijna 30 jaar neemt hij afscheid als conservator van het Groninger Museum. Begonnen als conservator Archeologie, kreeg hij door de jaren heen ook de collecties Geschiedenis en Oude Regionale Kunst(nijverheid) onder zijn hoede.
Knol maakte tentoonstellingen, zoals Hel en Hemel: de middeleeuwen in het Noorden (2001), Professor van Giffen en het geheim van de wierden (2005) en De student in Groningen (2014) en Uit de Kunst - Vrouwelijke Groninger Kunstenaars 1700-1900 (2023).